De poppen van Spelhorst van Kate DiCamillo, illustraties Julie Morstad, vertaling Harry Pallemans, Lannoo, 10+

Er zin een paar boeken in de jeugdliteratuur waarin poppen overtuigend tot leven komen. Denk aan Kleine Sofie en Lange Wapper van Els Pelgrom of de onvolprezen en te weinig bekende Mennyms-serie van Sylvia Waugh. De poppen van Spelhorst van Kate DiCamillo kan aan dat rijtje worden toegevoegd.
Vijf handpoppen wachten in een koffer op het begin van een verhaal. Ze zijn door kapitein Spelhorst in een speelgoedwinkel gekocht . Volgens de winkelier kunnen ze alleen samen worden verkocht ‘want ze zitten ze in een verhaal’. Die opmerking blijft leidend in het boek omdat de poppen de opmerking in hun oren knopen.
DiCamillo maakt er fijne karakters van die overtuigend tot leven komen op een wat ironische manier, zonder dat ze te vet worden aangezet. Een iets te wijze uil en een wolf die graag gevaarlijk wil zijn. Een koning die denkt dat iedereen naar hem luistert, domweg omdat hij koning is. De jongen wil zijn lotsbestemming ontdekken en hoopt dat hij is voorbestemd om grote daden te verrichten. Het meisje staat voor de (verloren) liefde, vooral die van kapitein Spelhorst.
De poppen komen terecht in een landhuis waar ze uit elkaar worden gehaald, maar uiteindelijk samen optreden in een geweldige apotheose; in de vorm van een poppenkastspel van twee kinderen. De rol van de huishoudster moet ook niet worden uitgevlakt. De slotprent waarin ze met de koffer vol poppen op een kameel door de woestijn trekt, is veelzeggend.
Het verhaal heeft in stijl en uitstraling en verzamelde personages wat weg van Het boek van Beatrice, met een minder klassieke en wat humoristischer inslag. De filosofische dialogen en prachtig geschreven zinnen zijn vergelijkbaar. De poppen van Spelhorst is een slim gecomponeerd boek in drie bedrijven, met fraaie illustraties van Julie Morstad, dat een vervolg krijgt. Logisch, want de poppenjongen constateert niet zomaar dat ‘er eindeloos veel verhalen in ons moeten zitten’.