Boer Boris heeft een boerderij en daar hoort van alles bij en toevallig steeds eentje meer. Van één grote tractor, via zes varkens naar tien kippen. Op die manier is het gemakkelijk leren tellen. Zeker met de tekeningen van Philip Hopman met veel herkenbare dingen voor de kleinsten.
Ted van Lieshout schreef al heel veel boeken maar nog niet zoveel voor heel jonge kinderen. Twee jaar geleden maakte hij het geslaagde Koekjes! voor de Kinderboekenweek en misschien heeft hij toen de smaak te pakken gekregen. Opnieuw een telboek waarop iedere pagina een ander getal aan bod komt. Het laatste rijmpje lijkt een verwijzing naar een foutje in Koekjes! waar niet goed was geteld. De tien kippen leggen eitjes, ’tel maar zelf. Het zijn er tien. O nee! Kijk, 11!’. Boer Boris is iets minder gek dan Koekjes! maar in dit genre een erg goed boek. Het is lekker los en weinig belerend, met kleine grapjes en een prettig ritme en rijm.
Ik vind dat Philip Hopman als prentenboekenmaker vele malen beter tot zijn recht komt dan als illustrator van kinderboeken. Hij kan met heel weinig, veel vertellen. Dat begint al met de sporen in het zand op de eerste tekening. De vogelverschrikkers zijn erg grappig en komen, zoals meer boerderij-elementen, op andere pagina’s weer terug. Herkenbaar en prettig voor de kleine lezers. Net als dat de hond, de kat en boertje Boris zelf overal weer opduiken. Naast verwijzingen binnen het boek, lijkt Hopman ook iets uit een vorig boek in te brengen. Hij voert aan het eind de Amerikaanse slee op die we kennen uit zijn Gouden Griffel boek Voordat jij er was.
Boer Boris is een vrolijk en speels telboek. Het lijkt misschien eenvoudig, zo’n boek voor kleuters, maar dat is vermoedelijk bedrog. Juist op dit niveau moet het allemaal kloppen als een bus om het voor kleuters begrijpelijk te houden.
Boer Boris
Ted van Lieshout
Philip Hopman
Gottmer