Querido
Jacques Dohmen
In een consequent tempo worden er prentenboeken van de Canadese illustrator Marianne Dubuc op de Nederlandse markt gebracht en dat is prima. Met de bus stamt trouwens al uit 2014 maar had niet mogen ontbreken in haar vertaalde oeuvre en past prima binnen het thema van deze Kinderboekenweek. Het is een klein verhaal over een meisje dat met de bus naar oma gaat en door mama wordt uitgezwaaid. Spannend natuurlijk: helemaal alleen met de bus.
In de bus zit ze tussen dieren die in- en uitstappen. Een luiaard doet een tukje, een beer heeft blauwe laarsjes aan en twee hazen in geruite rokjes moeten naar of komen terug van school. Dan stappen de haasjes uit en komt een egelfamilie met een aantal kleintjes binnen. Het meisje deelt de koekjes die ze heeft meegekregen. De bus rijdt door een tunnel en alles is zwart.
Veel meer gebeurt er niet en toch is er van alles te zien en te beleven. Dat is de kunst die Dubuc als geen ander verstaat: in het minimale een spanningsboog aanbrengen. Met fijne potloodtekeningen in rustige tinten. Het meisje heeft een rood jasje aan en een mandje bij zich en gaat naar oma. Er stapt een wolf in. Het zal toch niet…. Een groter gevaar is de vos die een zakkenroller blijkt te zijn
Het boek heeft een langwerpig formaat waardoor steeds een dwarsdoorsnede van de bus is te zien. Daardoor zijn alle busreizigers te zien met de dingen die ze doen. Baby-egeltjes die turnkunsten vertonen; en hangt de luiaard daar nou tegen de oude mevrouw uil aan? Heel grappig en slim is het gebruik van de krant die steeds door iemand anders wordt gelezen en waarin een deel van het verhaal wordt verteld: ‘Waar is de wolf’ – ‘Chaos in de bus’ – Dief op de vlucht’, etcetera.
Als het meisje bij haar oma arriveert, heeft ze van alles te vertellen over deze busreis. Net als de lezertjes. Met zo weinig, zoveel laten zien en suggereren. Dat is hogere prentenboekkunde!