‘Toen ik in de inrichting zat, probeerde ik me soms uit alle macht de gezichten van mijn vader en moeder voor de geest te halen. Het lukte niet.’ De psychiater van de veertienjarige Maarten geeft als verklaring dat hij in één klap alles wat voor het ongeluk plaatsvond, gewist heeft en tot verboden gebied heeft gemaakt. Maarten kan er niet bij dat je niet gewoon de baas in je eigen hoofd bent; over je eigen herinneringen.
Maarten trekt deze conclusie tegen het einde van het boek. Hij realiseert zich plots hoe groot het geheim is waar hij mee rondloopt. Als hij Anna ontmoet, breekt hij langzaam open. Zij is de eerste die hem rechtstreeks vraagt wat er met zijn ouders is gebeurd. Dan is er ook nog Chris, een zwijgzame en zonderlinge jongen die in het bos voor drie vossenwelpen zorgt. De drie jongeren ontmoeten elkaar bij toeval en de combinatie van hun verledens en karaktereigenschappen levert intrigerende situaties op.
Dit boek doet in stijl en thema denken aan sommige romans van Veronica Hazelhoff, zoals veren. Het (on)vermogen om te communiceren en de magische en gevoelige beschrijvingen van de natuur. Mysterieus en open tegelijk: het is de kunst om een boek niet dicht te plamuren maar de puzzelstukjes wel aan te geven. Van Brakel verstaat die kunst.
Onlangs werd ik attent gemaakt op Het zwijgen van de vossen dat vorig jaar al verscheen en een beetje tussen wal en schip lijkt te zijn gevallen. Dat gebeurt soms met boeken. Het doet een beetje denken aan het lot van de winnaar van de Woutertje Pieterse Prijs 2010. De novelle Juwelen van strass van Carlie Biessels was door recensenten en boekhandelaren relatief onopgemerkt gebleven. In het geval van dat matige boek niet zo erg maar Het zwijgen van de vossen verdient wel die aandacht en was een waardiger winnaar van de prijs geweest. De jury merkte het boek al wel op en omschreef het als ‘een boeek waarin de levens van drie getourmenteerde pubers met elkaar verbonden door de zeer indringend beschreven natuur.’
Het zwijgen van de vossen
Mario van Brakel